Giotto's 'leerling' is aartsvader moderne kunst



Crucifixion with St. Dominic and another Dominican saint
Brancassio kapel San Domenico Maggiore, Napels (1308-1309)

foto: Henk Woudsma

Niet Giotto is de aartsvader van de moderne schilderkunst, maar een meester die tot nu toe voor Giotto's leerling werd gehouden: Pietro Cavallini. Dat beweren twee gezaghebbende Italiaanse kunstkenners, die studie hebben verricht naar de fresco's in de bovenbasiliek van Sint Franciscus in Assisi.

Cavallini was een Italiaanse schilder en mozaïek-ontwerper tijdens de late Middeleeuwen. Er is weinig bekend over zijn biografie, al is het bekend dat hij uit Rome komt, omdat hij ondertekend met Pictor Romanus. Zijn eerste belangrijke werken waren de mozaïek-cycli voor de Basilica di San Paolo fuori le Mura in Rome, met verhalen uit het Nieuwe en Oude Testament (1277-1285). Ze werden verwoest door de brand van 1823. Zijn 'Laatste Oordeel' in de kerk van Santa Cecilia in Trastevere in Rome, geschilderd c. 1293 is Cavallini's meesterwerk. Het toont een artistieke stijl bekend als Romeinse naturalisme. Dit naturalisme heeft invloed gehad op het werk van kunstenaars die werkzaam waren in andere Italiaanse steden zoals Florence (Giotto) en Siena.
Volgens de traditionele opvatting werden de fresco's in Assisi, gewijd aan het leven van de heilige Franciscus, tussen 1296 en 1299 geschilderd door de jeugdige Giotto. Uit de studies van de restaurateur Bruno Zanardi en de kunstcriticus Federico Zeri wordt aannemelijk dat de moderne schilderkunst niet met Giotto is geboren in Toscane, maar met Pietro Cavallini in Rome. De eerste berichten over Cavallini dateren van 1273, de laatste van 1321. De eerste kunsthistoricus van de geschiedenis, de zestiende-eeuwer Vasari, degradeerde hem tot leerling van Giotto. Het best bewaarde werk van Cavallini zijn de mozaïeken over het leven van Maria in de Romeinse kerk Santa Maria in Trastevere. In 1899 werd in een andere Romeinse kerk, de Santa Cecilia, een deel ontdekt van zijn fresco over het Laatste Oordeel. Een vergelijking tussen de fresco's in Assisi en details van het werk van Cavallini heeft geleid tot de conclusie dat Cavallini de belangrijkste is geweest van de drie schilders die aan de Franciscus-fresco's hebben gewerkt. Giotto zou slechts de eerste en de laatste zes scenes van de cyclus hebben gemaakt. De overige zes scenes zijn van een onbekende schilder.

Federico Zeri is Italiės meest erudiete en waarschijnlijk ook meest radicale kunstcriticus. Hij heeft al vele malen, vaak terecht, de authenticiteit van beroemde kunstwerken aangevochten. Bruno Zanardi is vooral bekend van de in 1995 voltooide restauratie van de acht fresco's in het Sancta Sanctorum in Rome, de voormalige pausenkapel van het Lateranenpaleis.

Bij de restauratie van die fresco's kwam aan het licht dat in Rome al een schilderschool bestond nog voordat de fresco's in de bovenbasiliek in Assisi werden gemaakt. De conclusie van Zeri en Zanardi zou dit bevestigen. Cavallini zou dan de Romeinse schilder zijn geweest die de 'moderne' kunst naar Assisi heeft gebracht. De paters Franciscanen in Assisi geloven niet dat Zeri en Zanardi het laatste woord over 'hun' fresco's hebben. Ze hebben een eigen bijdrage geleverd aan de kennis over het ontstaan van deze schilderingen. Het blijkt dat de schilders van deze fresco's zijn beinvloed door de miniaturen in de oude handschriften (bron: Volkskrant 25-02-1997).

Vanaf 1308 werkte Cavallini in Napels aan het hof van koning Charles II van Anjou, met name in de kerken van San Domenico Maggiore (1308) en Santa Maria Donnaregina (1317), samen met zijn collega Filippo Rusuti uit Rome. Ook zijn er een aantal fresco's te zien in de kathedraal van Napels in de kapel Tocco. De fresco's zijn een van de belangrijkste stukken van schilderijen uit die eeuw in Napels. De fresco's van Cavallini in de Brancaccio kapel in San Domenico Maggiore verhalen de beeltenissen van St. Johannes de Evangelist, Kruisiging, Verhalen van Magdalena en de Apostelen Peter, Paul en Andrew. De fresco's in Donnaregina werden uitgevoerd tussen 1307 en 1320 en verbeelden, op twee niveaus, verhalen van het leven van Christus en de apostelen. In het onderste niveau zijn 17 afleveringen van Jezus, 5 van St. Elizabeth en vier van St. Claire, gekoppeld aan een Laatste Oordeel, het laatste zeker toe te schrijven aan Cavallini. In de bovenste plaat zijn zes scènes van St. Agnes. Van dezelfde leeftijd, maar van onbekende artiesten, zijn de fresco's van de kruisiging in de linker muur en de Annunciation op de muur tegenover de ingang.
 
fresco San Domenico Maggiore Naples (1309) foto: Henk Woudsma

fresco's Santa Maria Donnaregina, Naples (1317)