Scuola di Posillipo

Antonio Sminck Pitloo, La lanterna del molo, Museo di San Martino, Napoli
Toen Goethe in 1787 in Napels was duurde het nog drie jaar voordat de Nederlander Antonio Sminck Pitloo werd geboren. De prachtige landschappen in en rondom Napels die Goethe zo bewonderde heeft Pitloo dertig jaar later prachtig weergegeven. Landschappen zoals Goethe ze heeft moeten gezien. Na Rome kwam Pitloo in 1815 in Napels aan waar hij in 1820 het beroemde Scuola di Posillipo (genoemd naar een dorpje in de baai van Napels) opende. De schilders, veelal studenten van Pitloo, zijn actief tussen de jaren twintig en dertig van de 19e eeuw. De kunstenaars die deelnamen hielden ze zich uitsluitend bezig met landschapschilderen. Ze vormden in die tijd de meest vooruitstrevende strekking van de moderne Italiaanse landschapschilderkunst. Ze schilderden vooral in openlucht in de buurt van Napels.  In Napels bestond reeds een bloeiende traditie vanaf de 15e eeuw oplopend tot het midden van de 17e eeuw met Micco Spadaro en Salvator Rosa.

De grootste persoonlijkheden van de groep waren Vinelli Achilles, Gabriele Smargiassi, Theodore Duclère, Vincenzo Franceschini en de Belgische kunstenaar Frans Vervloet. Van groot belang voor de ontwikkeling van de School van Posillipo in Napels is de aanwezigheid in die jaren van grote Europese kunstenaars van de romantische schilderkunst en landschapsarchitectuur van o.a. Camille Corot met zijn 'School van Barbizon' en William Turner. Beïnvloed door de werken van deze meesters bedacht de Napolitaanse kunstenaars een intieme, lyrische en picturale taal. De meest invloed op de hedendaagse kunst werd uitgeoefend door het werk van Giacinto Gigante. Na de dood van Pitloo in 1837 zette hij de school voort tot ongeveer 1850.

De schilderijen zijn "historisch belangrijk" en met name bewaard in Museo di Capodimonte, Museo Certosa di San Martino, het Museo Correale di Sorrento en de collectie van Sanpaolo Banco di Napoli.

Giacinto Gigante, Costiera sorrentina, Museo di San Martino, Napoli