Christelijk hergebruik van een antieke constructie

Santa Paolo Maggiore Napels (foto MvW)
 
De gevel San Maria Maggiore met duidelijk de twee zuilen
(foto Henk Woudsma)

Vele tempels ontsnapten in de 4e en 5e eeuw niet aan de christelijke enthousiaste bouwwoede. Heel dikwijls ging men daarbij tot tempelverwoestingen over, met als gevolg dat vaak slechts funderingen en tempelpodia hergebruikt werden. Van deze opzettelijke verwoestingen kan men hier en daar nog sporen terugvinden in de monumenten zelf. In vele gevallen gaat het echter om zeer oppervlakkige of symbolische vernielzucht die erg lokaal getint is. Het volstond de tempel te ontwijden om hem opnieuw te gebruiken. Zo schreef Gregorius de Grote als aanbeveling voor het Angelsaksische gebied dat de tempels niet moeten verwoest worden, maar slechts de afgodsbeelden die er zich bevinden... want wanneer deze gebouwen goed geconstrueerd zijn, moet men ze van de idolencultus laten overgaan naar de dienst van de Ware God, opdat die mensen, die aldus hun tempels niet zien afgebroken worden, zich gemakkelijker zouden bekeren, en opdat ze zich na hun belijdenis tot de Ware God, gewilliger zouden verzamelen om hem te aanbidden in de plaatsen die ze kennen’ (Greg., Epist., XI, 56 en 76). Zo trachtte men de vertrouwde zuilengangen, gevels of pronaoi (voorhallen) van tempels overeind te houden. Men beperkte zich dan soms slechts tot het weghalen van enkele aanstootgevende beelden en frontonsculpturen, zoals bij de inrichting van de San Paolo Maggiore in de Dioskurentempel van Napels gebeurd is. Uit oude tekeningen blijkt immers dat in het tempelfronton slechts de beelden van Castor en Pollux verwijderd werden, terwijl de andere sculpturen bleven tot de 16e eeuw! (bron: Jan Vaes, Christelijk hergebruik van een antieke constructie).

De kerk werd van 1583 tot 1603 door Giovanni Francesco Grimaldi verbouwd. De nieuwe kerk omvatte ook de pronaos van de heidense tempel, maar bij de aardbeving van 1688 ging deze verloren. In de facade van de kerk staan nog twee overgebleven Corinthische zuilen die oorspronkelijk toebehoorden aan de tempel. Deze tempel was gewijd aan Castor en Polux. In het verleden had de kerk ook twee torso's van Castor en Polux die achter de beelden van de apostelen Petrus en Paulus waren geplaatst, als symbool van de overwonnen heidense goden. Het tweetal is bij een renovatie in 1972 verwijderd en staat nu in het Archelogisch Museum van Napels.
La facciata di san Paolo Maggiore prima e dopo il 1688 (da Celano 1692)


Castor en Polux, Museo archeologico nazionale di Napoli

Voor de lokatie San Paolo Maggiore kijk op: wandelroute A.